Blijf op de hoogte van het nieuws
Achterstand BBP per inwoner nog steeds 22% tegenover Vlaanderen
Met financiële steun van Europa heeft de Limburgse economie zichzelf de afgelopen jaren heruitgevonden. Zo steeg de werkzaamheidsgraad spectaculair, waardoor Limburg aansluiting vond bij het Vlaamse gemiddelde. Maar ondanks de inspanningen en de vooruitgang, blijft de economische situatie van Limburg kwetsbaar. Het overbruggen van de historische achterstand blijkt een taai beestje, en dat uit zich vooral in de lagere opbrengst per werknemer. Gesteund door het Vlaamse regeerakkoord pleit de provincie Limburg daarom voor de verderzetting van het statuut als Europese transitieregio. “Absoluut noodzakelijk, want anders dreigen we de rol te moeten lossen”, stelt gedeputeerde voor Economie en voorzitter van POM Limburg Tom Vandeput.
Nog tot 2027 is Limburg erkend als transitieregio, waardoor het sinds 2021 kan rekenen op 166 miljoen euro Europese steunmiddelen om de sociaaleconomische uitdagingen in de regio aan te gaan. Met het economisch actieplan SALKturbo als kompas, krijgen dankzij Europese steun ambitieuze projecten vorm. Denk maar aan de uitbouw van de Health Campus en de Bouwcampus in Diepenbeek. Tom Vandeput: “De Europese middelen werken als een sterke hefboom, want inmiddels staat de teller op 95 goedgekeurde SALKturbo-projecten die samen goed zijn voor een totaal investeringsvolume van 466,8 miljoen euro.”
Werk is nog niet af
Al die inspanningen werpen wel degelijk hun vruchten af. Zo heeft Limburg de kloof inzake werkzaamheid met Vlaanderen nagenoeg gedicht en is de werkloosheidsgraad momenteel lager dan gemiddeld in Vlaanderen. Bovendien dragen de projecten bij aan een slimmere, duurzamere en innovatievere Limburgse economie. Gedeputeerde Vandeput: “Maar het werk is nog absoluut niet klaar. Meerdere cijfers gaan in de juiste richting maar de Limburgse economische groei blijft kwetsbaar door een aantal structurele uitdagingen. Zo zal de vergrijzing in onze provincie de komende jaren harder toeslaan dan in andere provincies. Daarnaast heeft Limburg een grote achterstand inzake arbeidsproductiviteit ten opzichte van Vlaanderen. Bovendien verliest de industrie, jarenlang de economische motor voor Limburg, almaar meer terrein. Ook worstelt de provincie nog steeds met een aantal prangende omgevingsfactoren zoals de ligging buiten de Vlaamse Ruit, een gebrekkige infrastructuur en openbaar vervoersaanbod, en het ontoereikende universitaire onderwijsaanbod.”
Welvaart onder druk
Het resultaat is dat het bruto binnenlands product per inwoner in Limburg liefst 22% lager ligt dan gemiddeld in Vlaanderen. Bovendien neemt de kloof jaar na jaar nog toe, wat een ernstige bedreiging vormt voor de welvaart in de provincie. Nu al ligt de Limburgse koopkrachtstandaard 5% onder het Europees gemiddelde, terwijl die van heel Vlaanderen daar ruim 20% boven ligt. Het goede nieuws is dat ook de Vlaamse regering de penibele situatie van Limburg erkent. Het Vlaamse Regeerakkoord stelt letterlijk ‘Met het nieuwe EFRO-programma na 2027 pleiten we voor de verderzetting van de financiering van Limburg als transitieregio’. EFRO is het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling.
Engagement
Gedeputeerde voor Economie en POM-voorzitter Tom Vandeput is alvast opgetogen met het voornemen van de Vlaamse Regering. “Limburg is absoluut op de goede weg richting een competitieve, duurzame en innovatieve economie. Het feit dat we 20ste staan op de Europese competiviteitsindex, ver boven de meeste Waalse provincies en zelfs boven West-Vlaanderen, bewijst dat we sterke troeven hebben. Maar we hebben deze Europese steun nodig om die troeven te kunnen uitspelen. De inspanningen van de afgelopen jaren moeten gecontinueerd en waar nodig geïntensifieerd worden. Een verlenging van de status als transitieregio is daarbij cruciaal, want anders dreigen we de rol met de rest van Vlaanderen helemaal te lossen. De cijfers spreken voor zich. Inzake welvaartscreatie heerst er een gigantische kloof tussen Limburg en de andere Vlaamse provincies. Het is dan ook maar wat logisch dat er in de eerste plaats naar onze provincie wordt gekeken bij de verdeling van de Europese steunmiddelen. We zijn in ieder geval bijzonder verheugd met het engagement dat de Vlaamse Regering is aangegaan. Door te investeren in Limburg versterken we immers ook Vlaanderen en Europa.”
Europa maakt verschil in Limburg
De Europese steun is geen extraatje, maar een essentiële motor achter Limburgs economische transitie. Al sinds de sluiting van de steenkoolmijnen heeft Europa Limburg geholpen om zich langzaam maar zeker van een achtergestelde regio naar een competitieve speler te ontwikkelen. Met 2.100 projecten en een investeringsvolume van 2,1 miljard euro, heeft Europa het Limburgse landschap radicaal veranderd. In de laatste steunperiode alleen al heeft Europa 166 miljoen euro vrijgemaakt voor de transformatie van Limburg, waarvan 109 miljoen euro uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en 57 miljoen euro uit het Europees Sociaal Fonds (ESF). Gedeputeerde Tom Vandeput: “Europa maakt dus écht het verschil in Limburg. Een aanvullende financiering is geen luxe maar een pure noodzaak om strategische investeringen realiseren, die ons straks in het Europese koppeloton helpen stuwen. Dat is nog steeds onze ambitie en het momentum ernaartoe mogen we niet verliezen.”
