‘Soms is het enige verschil tussen succes en faillissement dat ene duwtje dat een bedrijf nodig heeft’
POM Limburg zet anno 2024 voluit in op de technologieën van de toekomst. Denk maar aan de mogelijke komst van de Einsteintelescoop, het belang van circulair bouwen en de evolutie in biokunststoffen. Een belangrijke partner in dat innovatieproces is VLAIO, het Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen, dat beloftevolle ondernemers de weg naar succes wijst. Wij wilden wel eens weten hoe dat precies in zijn werk gaat.
“Als je altijd doet wat je altijd deed, krijg je wat je altijd kreeg.” Het zijn de gevleugelde woorden van Henry Ford, de Amerikaanse industrieel die na enkele mislukkingen in 1908 zijn T-model op de wereld loslaat. Honderd jaar later rolden de achterkleinkinderen van die T-Ford, de Galaxy’s en Mondeo’s, van de productieband in Genk. Die band is trouwens zijn uitvinding, zijn innovatie.
We spoelen zo’n zeven jaar terug, naar 2 augustus 1901 om heel precies te zijn. In de namiddag krijgt die andere koppige innovator, de geoloog André Dumont, per telegram bericht uit As. ‘Op 541 meter diepte, steenkool aangetroffen.’ Eindelijk, na twintig jaar volhouden en nieuwe technieken, kreeg Dumont toch gelijk: er zit steenkool in de Limburgse ondergrond. De innovaties van Dumont en Ford zullen Limburg in de 20ste eeuw economisch op de kaart zetten. Maar na de sluiting van de laatste Zolderse mijn in 1992 en enkele decennia later in 2014 de Genkse Fordfabriek wordt het plots erg grimmig. Want ondertussen is in 2002 ook de Philips-fabriek in Hasselt gesloten. Limburg ligt bijna knock-out tegen het canvas. Een economische woestijn doemt op. Met vereende krachten, daar waar Limburg om bekend staat, werd en wordt gewerkt aan de transformatie van de Limburgse economie. De economische actieplannen SALK en SALKturbo zetten de provincie opnieuw op de rails. Vandaag is Limburg een broedplaats van innovatie en samenwerking met bijvoorbeeld Corda Campus, op de voormalige Philips-site, als één van de parels aan de kroon.
“Het is dan ook van levensbelang dat die Limburgse bedrijven verder blijven innoveren, digitaliseren en verduurzamen”, zegt Celien Froeyen, Strategisch Expert Economische Innovatie bij POM Limburg. “Maar innovatie gaat niet alleen over technologie, het is ook een cultuur. Daarom kan een Vlaamse subsidie een noodzakelijk duwtje in de rug zijn voor een Limburgse innovatie. Meteen de reden waarom we nauw samenwerken met VLAIO.” Iets wat haar collega Maxime Corvilain, Strategisch Expert Maakeconomie bij POM Limburg, beaamt: “Onze laagdrempelige innovatiefondsen van de provincie Limburg zijn vaak een eerste kennismaking met onderzoek en ontwikkeling voor Limburgse bedrijven, een ideaal voortraject voor de langetermijn- subsidie-instrumenten van VLAIO. Onze strategische experten bij POM Limburg zitten regelmatig samen met de bedrijfsadviseurs van VLAIO. Hierdoor worden nieuwe ideeën sneller gedetecteerd en vernieuwende bedrijven sneller begeleid. Weet je, soms is het enige verschil tussen succes en faillissement dat ene duwtje dat een bedrijf nodig heeft.”
Dat VLAIO is overigens nog een relatief jonge organisatie, zo blijkt. “In 2016 opgericht als fusie van het Agentschap Ondernemen en het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie of het IWT”, preciseert haar administrateur-generaal Mark Andries. “Als je in Vlaanderen ambitieus wil ondernemen, dan is innovatie wel echt een noodzaak. Andersom, voor mensen die met innovatie bezig zijn, is het dan weer belangrijk dat ze ook ondernemend zijn en dat ze het resultaat van die innovatie omzetten in business. Vandaar één agentschap.”
‘Het is niet zo dat je bij ons een paar blaadjes invult en dan een half miljoen euro krijgt.’
Anke Albregts, Bedrijfsadviseur VLAIO
Meer dan wat blaadjes invullen
“Subsidies verlenen is één van de diensten die VLAIO biedt”, gaat Andries verder. “Maar daarnaast willen we ook inspireren, informeren en ondersteunen. Soms alleen, maar vaak ook met partners. We hebben een heel netwerk van organisaties in Vlaanderen waarmee we samenwerken en dat ondersteunende werk opvatten. Dat moet bedrijven individueel vooruithelpen in hun ambitieuze plannen en leiden tot een sterkere economie. Tegelijk willen we in Vlaanderen een toekomstgerichte economie creëren die meer duurzaam en innoverend is.”
Heel concreet? “Ondernemers met goede ideeën kunnen die altijd bij ons aftoetsen”, zegt de Limburgse bedrijfsadviseur bij VLAIO Anke Albregts. “Onze bedrijfsadviseurs steken tijd in het omzetten van een idee naar een goed project. Het is niet zo dat je bij ons een paar blaadjes invult en dan een half miljoen euro krijgt. De ondernemers moeten het ook een beetje ernstig willen aanpakken. En dan kunnen die subsidies breed gaan, van innovatie tot ondernemen. Vaak gelinkt aan het inzetten op duurzaamheid of bijvoorbeeld het versterken van digitalisering. Neem nu het Genkse bedrijf Aerobel waarmee we in een langdurig begeleidingstraject zitten. Wij steunden hen in 2023 in het kader van een ontwikkelingsproject, goed voor meer dan 500.000 euro.”
Genkse superkleefstof
Mocht u eerstdaags Peter Benjamin Parker, ook wel bekend als Spider-Man, in het Genkse tegen het lijf lopen, dan is daar een specifieke reden voor. Het jonge Genkse bedrijf Aerobel ontwikkelde namelijk een technologie om een ‘superkleefstof op basis van afval’ betaalbaar te maken voor de bouw- en consumentenindustrie, Aerogel. Tot voor kort werd die gel enkel in bijzondere nichetoepassingen gebruikt. Denk dan aan de ruimtepakken voor astronauten. Alleen, het was peperduur. Aerobel bedacht en patenteerde een procedé om de gel goedkoper te maken. En dat was meteen een gat in de markt. “Want niet alleen is deze isolator bijzonder licht, het isoleert dubbel zo goed en het is extreem brandwerend”, zegt CEO Sam Chartouni. “Daarbij wordt het dan ook nog eens vervaardigd met grondstoffen die we uit de afvalstromen van onder meer de glasindustrie halen. Omdat onze Aerogel en kleefstoffen waterafstotend zijn, gaan ze lang mee, wat de gel geschikt maakt voor circulair gebruik. De middelen die VLAIO ons ter beschikking stelt, steken wij integraal in onze afdeling Research en Development (R&D). Want zulke procedés op punt stellen, is heel duur. Niet alleen werken vier van onze veertien mensen in R&D, ook de samenwerkingen met universiteiten en de aankoop van gespecialiseerde machines kosten handen vol geld.”
“Bij Aerobel zagen we de mogelijkheid om subsidies toe te kennen voor de ontwikkeling van hun innovaties en voor de investeringen in hun productieproces”, legt Anke Albregts uit. “Samen met Sam hebben we dan een roadmap opgemaakt van verschillende producten en processen om de mogelijke subsidies aan te spreken op het juiste moment. Zo winnen de ondernemers tijd omdat ze niet alles zelf hoeven uit te zoeken, én slagkracht omdat we hen concrete contacten en gedegen informatie bezorgen. Bij Sam hebben we dat gedaan bij twee innovatiesubsidies voor hun producten. In 2020 leverde dat 350.000 euro subsidie op, en in 2022 zo’n 518.000 euro. Vandaag zijn we op zoek naar investeringssteun voor hun nieuwe fabriek.”
Duidelijke deliverables en mislukkingen
En wanneer het dan misloopt? Is de belastingbetaler dan niet fors wat geld kwijt aan pakweg Aerobel? “Het is niet zo dat we een bedrag overschrijven en het dan loslaten”, verduidelijkt Andries. “Eens iemand zoals Sam goed begeleid is geweest, moet hij een projectaanvraag indienen bij VLAIO. Dan starten we een andere fase waarin het project geëvalueerd wordt en waarbij we er nog eens kritisch naar kijken. Gaat het hier over een innovatie of heeft iemand anders dat al niet eerder gedaan? Zijn er duidelijke deliverables? Een duidelijk begin en einde, waarbij ook de eigen financiële middelen van de ondernemer of zijn financiers aan bod komen. En uiteraard kijken we of er een perspectief is op valorisatie. Is er een behoefte in de markt en kan je er een business van maken? Met andere woorden: er gaat wel een kritische evaluatie aan vooraf alvorens we subsidies toekennen. Kunnen we ons dan nog vergissen? Natuurlijk. Net zoals een private financier zich kan vergissen, kan dat bij ons ook. Zullen alle innovatieprojecten lukken? Het antwoord is neen, want dan moesten wij ze niet steunen en dan zat er ook geen risico aan vast. Is het verloren geld als het plan mislukt? Ik denk het niet. Tegenover elk mislukt project staan er veel gelukte projecten die een meerwaarde opleveren voor de economie. Het is vaak zo dat een bedrijf wel eens een mislukking moet oplopen om dan met een beter plan te komen. We geven ondernemers kansen en eisen geen 100 procent succes.”
‘Onze VLAIO-middelen gaan naar R&D, want innoveren is niet zonder prijskaartje. Samenwerkingen met universiteiten en de aankoop van gespecialiseerde machines kosten handen vol geld.’
Sam Chartouni, CEO Aerobel
Niet ver genoeg in de toekomst
“Het aandeel van Limburg in de Vlaamse economie is ongeveer 12 à 13 procent en de innovatiesteun aan Limburgse bedrijven over de afgelopen jaren is ongeveer 8 procent”, rekent Mark Andries voor. “Dus ja, dat is een beetje een ondervertegenwoordiging. De innovatiesteun van VLAIO aan bedrijven in Vlaanderen bedraagt ongeveer 200 miljoen euro en daarvan gaat ongeveer 8 procent naar Limburgse bedrijven. 11 procent zou beter zijn.” Hoe dat komt? “De ambitie van de Limburgse bedrijven ligt niet altijd hoog genoeg”, pikt Anke Albregts in. “Mensen komen met ideeën naar ons en vragen vaak: ‘Kan ik subsidies krijgen om mijn idee uit te werken?’ En dan moeten we regelmatig zeggen dat ze niet ver genoeg in de toekomst kijken, dat hun idee niet innoverend genoeg is of geen risico bevat. Dan proberen we dus de ambitie te stretchen en dat doen we met veel partners: kennisinstellingen, POM Limburg, LRM, SyntraPXL en werkgeversorganisaties Voka – KvK, UNIZO, VKW en Embuild. We proberen allemaal samen de ambities van die bedrijven te verhogen.” De administrateur-generaal pikt in: “De boodschap naar de Limburgse bedrijfswereld: dien meer goede projecten in. Als er meer goede projecten worden ingediend vanuit Limburg, dan gaat het aandeel van subsidies voor Limburg vanzelf omhoog. Voorlopig is dat nog iets te weinig om representatief te zijn voor wat de Limburgse economie waard is. Ook de samenwerking tussen de Limburgse kmo’s en de Limburgse kennisinstellingen kan beter. Limburg heeft sterke kennisinstellingen die ook groeien. Denk aan UHasselt, en aan de hogescholen PXL en UCLL. Denk ook aan EnergyVille. Ik ben van mening dat daar in Limburg nog een tandje kan worden bijgestoken om dat aantal goede projecten nog te verhogen.”
‘We geven ondernemers kansen en eisen geen 100 procent succes.’
Mark Andries, Administrateur-generaal VLAIO
Reusachtige 3D-printers en kunstobjecten
“Een voorbeeld van die Limburgse ambitie waarop wij mikken?”, Albregts denkt even na. “Denk aan gigantische 3D-printers die plastic afval omvormen tot meubels, boten of een 6 meter hoog hoofd voor het Brusselse Beursgebouw. Ambitieus genoeg? (grijnst) Daarvoor moet je echt niet in Silicon Valley zijn. Oudsbergen volstaat. Volg de bussen met Japanners maar, die door de Meeuwse Sompenweg passeren.” CCO William De Ceulaer lacht. “Dat is inderdaad wel best grappig. Maar het is ook de kern van wat Colossus Printers zo uniek maakt. Ons doel? Sinds onze oprichting in 2017 de wereld veroveren vanuit Oudsbergen. En dat doen we met 3D-printtechnologie en kleinschalige recyclage-oplossingen. We richten ons op de recyclage, het gebruik en de ontwikkeling van afvalstromen. Onze eerste grote klant? Pukkelpop. Daar hebben we plastic bekers gerecycleerd. Maar kort daarna kregen we de vraag: ‘Gadgets printen is leuk, maar kunnen jullie ook meubels maken?’” Het bleek een keerpunt voor het bedrijf. “We probeerden ons filament, dat is ‘inkt’ voor een 3D-printer, naar 3D-printbedrijven wereldwijd te sturen met één simpele opdracht: print een stoel”, vertelt De Ceulaer. “Maar de technologie was simpelweg niet klaar voor de uitdaging. De bestaande oplossingen waren te traag of financieel onhaalbaar. Toen besloten we om zelf printers te bouwen, in plaats van afhankelijk te blijven van anderen. Sindsdien focussen we op het voortdurend verleggen van de grenzen van 3D-printen.” Het team van Colossus Printers combineert kennis met praktijkervaring en blijft continu nieuwe inzichten opdoen. Maar het bedrijf staat er niet alleen voor. “Gelukkig kunnen we rekenen op de steun van VLAIO”, gaat De Ceulaer verder. “Zij helpen ons niet alleen met subsidies, maar denken ook mee na over de volgende stappen om onze knettergekke plannen waar te maken.”
Albregts knikt: “Ook Colossus doorloopt bij ons een langdurig begeleidingstraject. Ons eerste contact dateert van 2017. We hielpen hen toen met de subsidieaanvraag. Met succes overigens. Colossus ontving 200.000 euro subsidie voor de ontwikkeling van een prototype van hun 3D-printer. Het is een sterk groeiend bedrijf en daarom ook op zoek naar begeleiding en lerende netwerken met andere groeibedrijven. Wij wezen hen op verschillende mogelijke trajecten bij partners zoals Voka Accelero of Netwerk Ondernemen. Deze trajecten worden ook voor 70 procent financieel ondersteund door VLAIO.”
‘Een voorbeeld van die Limburgse ambitie waarop wij mikken? Denk aan gigantische 3D-printers die plastic afval omvormen tot meubels, boten of een 6 meter hoog hoofd voor het Brusselse Beursgebouw.’
Anke Albregts, Bedrijfsadviseur VLAIO
De groeisubsidie voor Jullix
Wie de boodschap van Mark Andries alvast ook begrepen hebben, zijn de enthousiaste energiegeeks van Elicity uit Ham die in 2023 een kmo-groeisubsidie van 50.000 euro van VLAIO ontvingen. “Die wordt toegekend via competitieve oproepen per thema”, legt Anke Albregts uit. “In 2024 worden zo’n drie oproepen voorzien, waarbij telkens meerdere thema’s worden opengesteld. Enkel de beste dossiers worden gesteund. Het geld dient voor strategisch advies van een externe dienstverlener of de bruto loonkost van de aanwerving van een strategisch profiel.” Woordvoerder Tom Vanagt (49) van Elicity knikt. “We hebben deze fondsen ingezet in onze afdeling Innovoltus, waar we een eigen energiemanagementsysteem hebben ontwikkeld: Jullix. In mensentaal? Het is een slim kastje dat zorgt voor een optimale aansturing van je complete energie-installatie: zonnepanelen, batterij, laadpalen, … Jullix doet in de eerste plaats wat anderen ook doen: het monitort energieverbruik. Niet enkel dat van elektriciteit, maar ook het verbruik van water en gas. Jullix gaat zelfs nog een stap verder: het optimaliseert actief alle energiestromen in je woning.”
“Elicity was eerst een installateur, maar is later ook eigen producten gaan ontwikkelen en produceren”, weet Anke Albregts. “Zij dienden in 2023 een aanvraag in voor een kmo groeisubsidie binnen het thema ‘Innovatie’, die werd goedgekeurd. Goed voor zo’n 50.000 euro, waarvoor ze twee externe adviseurs konden inschakelen: een voor de interpretatie van Jullix naar klanten toe en een andere om de marktstrategie uit te tekenen. Daarnaast wierven ze een procescoördinator aan die de nieuwe processen uitbouwt en optimaliseert. Zijn eerste jaarloon werd voor 50 procent gesubsidieerd, met een maximum van 25.000 euro. Kijk, zo’n groeisubsidie is een laagdrempeliger instrument. Ook hier kan een VLAIO-bedrijfsadviseur begeleiden bij de aanvraag: door eerst te checken of de subsidie past, om hen dan te helpen bij het uitwerken van de aanvraag, na te lezen en feedback te geven om hun kansen te maximaliseren. Want als je altijd doet wat je altijd deed, krijg je wat je altijd kreeg.”
Abonneer je op POMblad!
POMblad in de toekomst ontvangen? Laat dan hieronder je gegevens achter.
Abonneren is gemakkelijk en gratis.
Na het achterlaten van je gegevens krijg je POMblad elke zes maanden automatisch in de brievenbus.