Het tijdperk van de duurzame groei
UCLL - Evelien Bossuyt, Ann Reulens en Sara GilissenOndernemen is vandaag complexer dan ooit: de energieprijzen swingen de pan uit, grondstoffen worden schaarser, stakeholders worden kritischer en de wetgeving rond maatschappelijk verantwoord ondernemen scherpt aan. Deze maatschappelijke evoluties scheppen nieuwe risico’s voor organisaties, maar ook nieuwe opportuniteiten. We gaan in dit essay dieper in op drie uitdagingen waarop bedrijven in de komende jaren een antwoord trachten te formuleren. Daarna staan we stil bij ESG, het model waarmee bedrijven en organisaties hun duurzame en maatschappelijke impact kunnen beoordelen. Tenslotte geven we nog enkele concrete tips om de uitdagingen rond duurzaamheid aan te gaan.
Uitdagingen en opportuniteiten
Bedrijven stellen ons vaak de vraag waarom ze moeten investeren in duurzaam ondernemen. Het is niet duidelijk wat er op hen afkomt en hoe ze klaar kunnen zijn voor nieuwe evoluties of er zelfs hun voordeel uit halen. We vatten samen wat er beweegt in het landschap van duurzaam ondernemen aan de hand van drie concrete uitdagingen: schaarste, de druk van stakeholders en de aankomende regelgeving.
Schaarste
Schaarste zal de bottleneck vormen voor de economische groei in de komende decennia. Deze bottleneck zal in verschillende sectoren voelbaar zijn. De maakindustrie kreeg recent al een voorproefje met plotse prijsstijgingen en lange levertijden van grondstoffen. De energiesector kampt tegen 2050 met tekorten op alle vlakken, van uranium voor het functioneren van kerncentrales tot de grondstoffen om zonnepanelen en windmolens te bouwen. Ook in de landbouw dreigen er tekorten voor de productie van kunstmeststoffen, hoewel de recente ontdekking van een nieuwe fosfaatbron de productie voorlopig veilig zou stellen.
De aankomende schaarste effent het pad voor het zorgvuldiger omspringen met energie en grondstoffen. Circulaire businessmodellen, waarbij grondstoffen langdurig in een kringloop worden gehouden, zullen in de komende jaren dan ook steeds belangrijker worden. In die businessmodellen vormen bedrijven lokale netwerken waarin de afvalstromen en restwarmte van het ene bedrijf ingezet worden in het andere bedrijf. De netwerken zijn gebaseerd op win-win situaties: waar een bedrijf normaal betaalt voor het afvoeren van afval, heeft het nu een nieuwe afzetmarkt. De koper van de afvalstroom geraakt op zijn beurt aan goedkopere grondstoffen. Onderzoek van Vlaanderen Circulair toont aan dat bedrijven met een circulair businessmodel veerkrachtiger zijn voor nieuwe economische schokken en geopolitieke crisissen.
“We vinden het belangrijk om hout te hergebruiken, hierdoor vermijden we een hele berg afval en op termijn is dit ook een besparing voor onze klanten door de enorme toename van de prijzen van nieuw hout.”
(Martijn Vanhove, CEO van Houthandel Vanhove in Kinrooi)
Bij de meeste organisaties staat het circulair werken nog in de kinderschoenen. Het kan ook maanden tot jaren duren vooraleer de businessmodellen op punt staan en zich consolideren in vaste partnerschappen en supply chains. Hier ligt dan ook een opportuniteit voor bedrijven om vandaag te starten met experimenteren en als eerste op de markt te komen met circulaire oplossingen.
Case Houthandel Vanhove
Houthandel Vanhove in Kinrooi ging recent de uitdaging aan om een circulair project op te starten rond hout voor betonbekistingen. Het hout geraakt vervuild met beton, nagels en nietjes, en ging daarom na gebruik rechtstreeks naar de verbrandingsoven. Jaarlijks werd zo’n 6000m3 hoogwaardig hout na eenmalig gebruik verbrand. Het projectteam van Wanderful Stream zette een pilootproject op waarbij het hout ontdaan werd van nagels en het gezandstraald werd om de betonresten te verwijderen. Daarna bleek het hout perfect geschikt voor designproducten zoals buitenpaviljoenen, terrasstoelen of akoestische wandpanelen. Het businessmodel wordt nu verder gefinetuned en ook het design van de bekisting wordt geoptimaliseerd zodat het hout zo min mogelijk beschadigd en vervuild geraakt.
Stakeholdermanagement
De druk van stakeholders om te verduurzamen zal in de komende jaren sterk toenemen. Klanten (zowel andere bedrijven, overheden als consumenten) en kredietverstrekkers zullen steeds meer op zoek gaan naar duurzame bedrijven, producten en diensten. Ook werknemers verwachten dat het bedrijf waarvoor ze werken een visie heeft op duurzaamheid.
Wanneer een bedrijf geen duurzaamheidsstrategie heeft, dan heeft dat bedrijf een nadeel tegenover bedrijven die dit wel hebben. Sterker nog, wanneer een bedrijf betrokken is in schandalen rond milieuvervuiling of het schenden van mensenrechten, dan is de kans reëel dat stakeholders afhaken en de producten, job- en investeringskansen van het bedrijf links laten liggen.
Stakeholdermanagement is daarom een belangrijke uitdaging voor bedrijven. Het bevragen van stakeholders, buiten een regulier marktonderzoek, is iets wat bedrijven niet regelmatig gedaan hebben in de voorbije jaren. Het is nochtans een noodzakelijke stap voor de zogenaamde ’dubbele materialiteitsanalyse’: een analyse van hoe een bedrijf impact heeft op de wereld en alle stakeholders (impactmaterialiteit) en hoe de ecologische crisis en andere maatschappelijke evoluties een impact hebben op de bedrijfsresultaten (financiële materialiteit). Deze analyse vormt de basis van het duurzaamheidsbeleid en bepaalt de strategische prioriteiten.
Door de vinger aan de pols te houden bij verschillende stakeholders krijg je als bedrijf vaak zicht op nieuwe opportuniteiten. Als klanten en werknemers bovendien aanvoelen dat een bedrijf de belangen van meerdere stakeholders behartigt en een omvattende visie op waardecreatie heeft, dan leidt dit tot een hogere binding dan wanneer een bedrijf voornamelijk gefocust is op de financiële waardecreatie voor hun aandeelhouders.
“Vandaag stelt 1 op 5 sollicitanten al vragen rond duurzaam ondernemen. Ik verwacht in de toekomst dat die vragen alleen maar zullen toenemen.”
(Yannick Aerts, co-CEO Fruit at Work)
Nieuwe regelgeving
Vanuit Europa komen er verschillende wetgevende kaders aan die ervoor zullen zorgen dat duurzaam ondernemen verankerd geraakt in de kern van het bedrijfsleven. We schetsen enkele lijnen die de Europese Commissie heeft uitgewerkt om bedrijven mee te krijgen in een duurzame toekomst.
Corporate Social Responsibility Directive (CSRD)
Dit kader verplicht bedrijven om transparant te communiceren over hun impact op mens en milieu. De verplichting werd in 2023 ingevoerd, waarbij gestart werd met de grootste bedrijven. Vanaf 2026 verplicht de wetgeving ook beursgenoteerde kmo’s om over duurzaamheid te rapporteren. De CSRD zal onmiskenbare gevolgen hebben voor de Limburgse kmo’s en micro-ondernemingen, ondanks dat deze laatste twee nog niet onder de wetgeving vallen. Elk bedrijf kan zich aan vragen verwachten van grotere spelers die wel onder de regelgeving vallen. Vragen die bedrijven kunnen krijgen, zijn bijvoorbeeld: “Kan je ons inzicht verschaffen in de klimaatemissies van jouw onderneming?” Ben je een leverancier van een grote onderneming of beursgenoteerde kmo en kan je geen cijfers aanleveren? Dan heb je een strategisch nadeel tegenover bedrijven die dit wel kunnen.
Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD)
Dit kader zal bedrijven verplichten om verantwoordelijkheid te nemen omtrent de impact van hun productieprocessen of diensten op mens en milieu. Die verantwoordelijkheid stopt niet aan de bedrijfspoorten, ook onderaannemers en de toeleverketen van het bedrijf komen in het vizier. Als bedrijf word je medeverantwoordelijk voor mensenrechtenschendingen en het overmatig belasten van het milieu door onderaannemers en leveranciers. Die verantwoordelijkheid gaat tot ver in de toeleverketen en begint bij de fase van het ontginnen of verbouwen van grondstoffen.
De wetgeving mikt op grote bedrijven (500+ werknemers) en middelgrote bedrijven in risicosectoren (250+ werknemers). Omdat het echter over ketenverantwoordelijkheid gaat, zullen ook kmo’s vragen krijgen naar hun bijdrage aan de schade aan mens en milieu. Veel kmo’s en micro-ondernemingen zijn een schakel in de (logistieke) keten van grote ondernemingen of beursgenoteerde kmo’s. Wanneer deze schakels risico’s meebrengen op vlak van mensenrechten en milieuschandalen, zullen ze zich op termijn vanzelf uit de markt spelen. Op de markt heerst nu al een voorkeur voor partners en kmo’s die duurzaamheid hoog in het vaandel dragen.
Kapitaal voor de (klimaat)transitie
De Europese Commissie erkent dat de financiële sector een sleutelrol speelt bij het bereiken van de fundamentele milieu- en sociale doelstellingen, aangezien er grote hoeveelheden (particulier) kapitaal voor dergelijke veranderingen gemobiliseerd moeten worden. Om die reden speelt de nieuwe regelgeving sterk in op het veranderen van geldstromen van traditionele economische activiteiten naar duurzame bedrijfsactiviteiten.
Uit het Europese actieplan voor financiering van duurzame groei komt een waslijst aan regelgevingen die rechtstreeks en onrechtstreeks een impact zullen hebben op Limburgse bedrijven. We geven twee voorbeelden van deze impact. Bedrijven die financiering zoeken, zullen in de eerste plaats geconfronteerd worden met vragen die de bank hen zal stellen in het kader van een verplichte duurzaamheidsrapportering voor financiële instellingen (nl. de Sustainable Finance Disclosure Regulation of SFDR). Wie geen cijfers kan voorleggen, sluit zichzelf vroeg of laat uit van bankfinanciering. Daarnaast komt er een regelgevend kader voor ’groene’ investeringsfondsen en een taxonomie die definieert welke bedrijfsactiviteiten duurzaam zijn en welke niet. Duurzame bedrijven zullen dus makkelijker aan externe financiering geraken dan bedrijven zonder duurzame strategie.
Green Deal
De Europese Green Deal is een set van beleidsmaatregelen rond de groene transitie binnen Europa. Het klimaat speelt een belangrijke rol, maar de Green Deal schept ook een ruimer kader met aandacht voor onder andere natuurbehoud, de transitie richting een circulaire economie en het uitfaseren van kankerverwekkende stoffen en hormoonverstoorders.
De wetgeving is momenteel nog in volle ontwikkeling, maar het is wel duidelijk dat Europa klimaatneutraal wil worden tegen 2050. Om dit te bereiken wil ze haar broeikasgasemissies met 55% doen dalen tegen 2030, tegenover 1990 (de zogenaamde Fit-for-55 strategie). Dit betekent dat steeds meer sectoren belast zullen worden op de broeikasgassen die ze uitstoten. Ook het invoeren van producten uit het buitenland zal op dezelfde manier belast worden. Vandaag bestaan er wetsvoorstellen rond sectoren zoals de bouw (bv. productie van cement en aluminium) en landbouw (bv. productie van meststoffen). Er komt ook een sociaal klimaatfonds om micro-ondernemingen te ondersteunen, maar in het algemeen kunnen bedrijven best vandaag al werken aan een strategie om minder broeikasgassen uit te stoten.
Deze wetgevende kaders waren nodig om het speelveld te effenen en bedrijven op dezelfde lijn te krijgen. Bedrijven die in de voorbije jaren geïnvesteerd hebben in transparante communicatie over duurzaamheid en in het reduceren van klimaatemissies en andere negatieve impact op het milieu, worden nu beloond. Bedrijven die een afwachtende houding hebben aangenomen, hebben het voordeel dat de wetgeving op een presenteerblaadje brengt hoe ze hun duurzaamheidsbeleid en -rapportering op punt kunnen zetten.
De ESG-strategie als ‘license to operate’
Naast het volgen van de wetgeving en het optimaliseren van materialen- en energiegebruik is het belangrijk om als bedrijf een algemene visie en strategie rond duurzaam ondernemen op te bouwen. Meer en meer wordt daarvoor gekeken naar ESG. De ESG-strategie of duurzaamheidsstrategie gaat over drie aspecten: Environment (milieu), Social (mens) en Governance (beleid). Het stimuleren van een klimaatvriendelijke en sociaal-ethische manier van ondernemen staat voorop. De ESG-principes zijn internationaal gekend omdat ze hun oorsprong vinden in de 17 duurzame ontwikkelingsdoelen (Sustainable Development Goals) die zijn opgesteld door de Verenigde Naties (VN). Inmiddels zijn er (Europese) standaarden opgesteld en is er een uniforme taal voor een (internationaal) bedrijf om hierover te kunnen rapporteren.
“Duurzame toeleveringsketens zijn niet langer een nice-to-have. Bedrijven krijgen nu reeds te maken met vragen van klanten en investeerders. De CSDDD zal bedrijven verplichten om risico’s voor mens en milieu in hun ketens te identificeren en te beperken. Daarnaast is een beter zicht krijgen op toeleveringsketens een commerciële troef in een wereld waarin die ketens steeds meer onder druk komen.”
(Boris Verbrugge, Onderzoeksexpert HIVA)
De ESG-strategie neemt de vorm aan van een meerjarenplan of roadmap waarin de stappen en doelen richting duurzaam ondernemen worden neergeschreven. Vaak worden cijfers gebruikt om de doelstellingen helder en verifieerbaar te maken. Idealiter worden belangrijke stakeholders, zoals werknemers en klanten, betrokken bij het ontwikkelen van de strategie. Dit zorgt voor draagvlak en bewustwording en vermijdt dat aandeelhouders of bestuurders beslissingen nemen die te ver van de dagelijkse praktijk liggen.
De ‘license to operate’ verwijst naar het feit dat klanten (zowel andere bedrijven, overheden als consumenten) en kredietverstrekkers steeds meer zoeken naar duurzame bedrijven, producten en diensten. Wanneer jouw bedrijf geen duurzaamheidsvisie, -strategie of – actieplan heeft, of betrokken is in milieu- of mensenrechtendisputen, dan verliest het haar ‘license to operate’ omdat klanten niet meer van jouw bedrijf willen afnemen. De ESGstrategie of duurzaamheidsstrategie is met andere woorden het ticket tot de markt.
Wanneer de nieuwe Europese regelgeving omgezet wordt naar Belgische wetgeving komt er ook een ‘license to operate’ in de meer klassieke zin van het woord. Wie verzaakt aan de nieuwe rapporteringsverplichting mag zich verwachten aan boetes tot meer dan 100.000 euro in elk Europees land waarin het bedrijf actief is. In combinatie met verwachtingen rond ketenverantwoordelijkheid, duurzaamheidscriteria van kredietverstrekkers en de nieuwe koolstoftaksen, zullen bedrijven binnenkort niet langer kunnen overleven zonder duurzaamheidsstrategie. Bovendien zal die strategie intrinsieke meerwaardes opleveren voor het bedrijf op het vlak van groei en productiviteit.
Hoe als bedrijf duurzaamheid op de radar zetten?
Duurzaamheid op de radar zetten en houden, vormt vaak een uitdaging. We lijsten enkele principes op om het verhaal succesvol te laten landen.
- Investeer in opleiding en draagvlakcreatie
De kennis rond duurzaamheid is in de meeste ondernemingen vrij laag. Dit zorgt ervoor dat bedrijven veel tijd en moeite investeren in projecten die uiteindelijk weinig impact hebben. Denk bijvoorbeeld aan het vervangen van plastieken verpakkingen door een papieren verpakking, waaraan uiteindelijk een waterafstotende PFAS-laag toegevoegd wordt omdat het papier anders te snel kapotgaat.Door zowel het management als de werknemers op te leiden in duurzaamheidsthema’s krijg je creatieve ideeën en initiatieven vanuit verschillende hoeken van de organisatie.Als werknemers zelf leren inschatten welke acties een grote impact hebben en welke acties eerder als greenwashing worden beschouwd, dan hebben ze de kennis om zelf zinvolle initiatieven te nemen in hun werkomgeving. - Maak tijd en budget vrij
Er is niets zo demotiverend om ambitieuze plannen na één jaar terug in de kast te moeten steken. Ga daarom, vooraleer je een duurzaamheidstraject opstart, na of er middelen zijn om bepaalde medewerkers hiervoor vrij te maken of om expertise in te kopen.Laat je tegelijk niet ontmoedigen door een klein budget en weet dat investeringen noodzakelijk zijn en zichzelf vaak terugbetalen. Investeringen in het gebouw geven bijvoorbeeld een gegarandeerd rendement en kunnen daardoor vaak extern gefinancierd worden. Voorbeelden zijn de omschakeling van TL- naar LED-verlichting met een terugverdientijd van 2 à 3 jaar en zonnepanelen met een terugverdientijd van minder dan tien jaar. Ook investeren in duurzame toeleverketens rendeert vrijwel altijd omdat je tussenpartijen wegknipt en tot meer betrouwbare partnerschappen komt via samenwerkingen met lokale, circulaire leveranciers. - Gebruik gratis advies
Er bestaat heel wat gratis advies waarvan je gebruik kan maken om jouw onderneming meteen mee te krijgen met de nieuwe wetgeving. Op website van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren, die de awards voor beste duurzaamheidsrapport uitreikt, kan je bijvoorbeeld gratis webinars terugvinden rond de CSRD en CSDDD.Er bestaan ook gratis tools die je kan inzetten om jouw duurzaamheidsbeleid vorm te geven. Het B Impact Assessment dat hoort bij het B Corp label kan je bijvoorbeeld gratis gebruiken om feedback te krijgen op jouw duurzaamheidsbeleid. De Sustatool van de Vlaamse overheid geeft ook een set van actiepunten die je kan gebruiken om jouw duurzaamheidsbeleid vorm te geven. Naast de algemene tools bestaan er ook tools specifiek gericht op hete hangijzers die vele bedrijven moeilijk vinden om aan te pakken, zoals de Due Diligence Toolbox voor een duurzame toeleverketen.Overweeg verder ook een partnerschap met kennisinstellingen om aan kwaliteitsvolle informatie te geraken, zoals life-cycleassessment studies en andere kennisbronnen waar je als bedrijf niet altijd gemakkelijk aangeraakt. UCLL helpt bedrijven bijvoorbeeld met vier uur gratis advies op weg om de juiste informatie te vinden. - Word lid van een netwerkorganisatie
Het vraagt tijd om tot circulaire oplossingen te komen en een netwerk van partnerbedrijven te vinden waarmee je samen circulaire producten op de markt kan zetten. Een gebrek aan tijd, middelen, geld en expertise zijn de belangrijkste barrières waarom circulaire mogelijkheden niet (ten volle) geëxploreerd worden. Door te netwerken kom je in versneld tempo te weten wat de best practices zijn en kan je connecties leggen met spelers die al een stapje verder staan. The Shift, POM Limburg, VKW, Pro Pura, Voka, Unizo en Enterprise Europe Network zijn netwerkorganisaties die kunnen helpen met partnerschappen en met kennisontwikkeling rond duurzaam en circulair ondernemen. - Omhels de complexiteit
Een strategie die te nauw focust op één domein van duurzaamheid, zoals klimaat of afvalreductie, zal vroeg of laat tegen haar limieten aanlopen. Werk multidisciplinair om ervoor te zorgen dat het hele verhaal van een duurzaam product klopt: van design tot productie en storytelling voor de eindconsument. - Maak verantwoordelijkheden helder
Een belangrijke stap voorafgaand aan de implementatie van een duurzaamheidsstrategie is om de huidige bestuursstructuur (governance) onder de loep te nemen. Beslissingsrechten, verantwoordelijkheden en overzicht moeten toegewezen worden om te komen tot een goede bestuursstructuur. Het meest effectieve is om op managementniveau een vast team aan te stellen dat bestaat uit sleutelfiguren die mogen beslissen over belangrijke risico’s. Personen binnen de onderneming kunnen pas daadwerkelijk iets in beweging zetten als er mandaten en verantwoordelijkheden toegekend worden. Geef daarom ieder lid van het team een stuk verantwoordelijkheid van het traject. Het team zal op regelmatige basis moeten samenkomen om het traject te evalueren en periodiek te rapporteren aan de directie en de buitenwereld. - Staaf beleid en voortgang met cijfers
Experten gaan ervan uit dat duurzaamheidsrapporten met concrete cijfers in de toekomst steeds belangrijker gaan worden omdat bedrijven actief op zoek zullen gaan naar duurzame leveranciers op de markt. Door artificiële intelligentie zal dat zoekproces naar duurzame leveranciers steeds vaker gebeuren door het scrapen van cijfermatige informatie die bedrijven online publiceren. Een duurzaamheidsrapport volgens de standaarden van de CSRD is dus geen overbodige luxe, ook al is de wetgeving nog niet op jouw bedrijf van toepassing.
Conclusie
Bedrijven die duurzaam ondernemen links laten liggen, zullen op termijn een strategisch nadeel hebben tegenover hun concurrenten. De wetgeving, de eisen van klanten en kredietverstrekkers en de toenemende grondstof- en energieprijzen maken investeringen in duurzaamheid nodig voor het al dan niet voortbestaan van elke onderneming op lange termijn.
De nieuwe maatschappelijke evoluties leveren ook tal van nieuwe opportuniteiten op. Welk bedrijf is first-to-market met een nieuw circulair business model? Welk bedrijf werkt enkel nog met lokale leveranciers en combineert zo een gereduceerde klimaatvoetafdruk met een overtuigende storytelling voor klanten? Welk bedrijf geeft werknemers de zingeving van te werken in een organisatie die zorg draagt voor onze planeet, haar klanten, haar werknemers en haar leveranciers?
Bedrijven die op een authentieke manier een voortrekkersrol nemen qua duurzaam ondernemen springen vandaag al in het oog van belangrijke stakeholders. In de komende decennia zullen de strategische voordelen alleen nog maar toenemen. Een bedrijf dat klaar is om te opereren in een context van schaarste, oog heeft voor haar stakeholders en transparant communiceert over duurzaamheid volgens de nieuwste wettelijke kaders, is klaar voor het tijdperk van de duurzame groei.
Download dit essay als pdf
Meer over groeihefbomen
Brochure: 28 hefbomen voor groei
Deze 28 hefbomen ondersteunen je om te groeien, om je rendement, productiviteit en winst te verhogen. Kies dus snel die acties die binnen jouw bedrijf een hefboom kunnen zijn en ga ermee aan de slag. Maak werk van groei, in het belang van alle Limburgers.
Ontvang jouw set groeikaarten
28 kaarten, ingedeeld in vijf thema’s, die stuk voor stuk groeihefbomen voor jouw organisatie bevatten. Versterk de strategie en groeikansen van jouw onderneming