Cijfer in de kijker

Slechts 7,2% van de volwassen Limburgers volgde in 2020 vorming of opleiding

In 2020 nam 7,2% van de Limburgers tussen 25 en 64 jaar deel aan een vorming of opleiding[1] voor werk of privédoeleinden. Dit is een daling van 1 procentpunt in vergelijking met 2019 en lager dan het gemiddelde in Vlaanderen (7,7%). In Antwerpen en West-Vlaanderen is deze daling nog sterker en is het aandeel cursisten in 2020 het laagst van Vlaanderen (7,0%). Oost-Vlaanderen is de beste leerling van de klas (8,8%) met slechts een beperkte daling in vergelijking met 2019. De belangrijkste verklaring voor deze terugval zijn de genomen maatregelen in verband met de coronacrisis in maart 2020. Anderzijds was er in Limburg ook al een daling vast te stellen in het jaar voordien. Toen daalde het aantal inschrijvingen immers al van 8,4% in 2018 naar 8,2% in 2019. In Vlaanderen was die daling ook zichtbaar, zij het beperkter. Tot slot waren er in Limburg meer vrouwen (8,0%) die deelnamen aan een opleiding of vorming dan mannen (6,4%). Dit verschil is groter dan gemiddeld in Vlaanderen (8,2% vrouwen en 7,3% mannen).

Limburg scoort beduidend minder dan de buurregio’s

De Europese Unie had als streefdoel om in 2020 15% van de bevolking tussen 25 en 64 jaar te laten deelnemen aan een opleiding of vorming (EU-2020 doelstelling). Limburg, en met uitbreiding heel Vlaanderen, bleef onder deze doelstelling. De Nederlandse buurregio’s, Noord-Brabant en Nederlands Limburg, deden het een stuk beter dan de Vlaamse provincies en bereikten dit streefdoel wel. In deze Nederlandse provincies schreef respectievelijk 17,5% en 15,3% van de bevolking tussen 25 en 64 jaar zich in voor een vorming voor werk of privédoeleinden. Dit is meer dan het dubbele van het aandeel in Belgisch Limburg (7,2%). Ook in de buurregio Keulen is het aandeel inschrijvingen voor een opleiding hoger (8,7%). Teneinde de Europese doelstelling ook in Limburg te bereiken, zet de provincie met het SALKturbo actieplan de komende jaren extra in op levenslang leren.

Binnen de 27 lidstaten van de Europese Unie nam gemiddeld 9,2% van de 25 tot 64-jarigen in 2020 deel aan een opleiding. Dit is minder dan de vooropgestelde 15% maar het aandeel in Vlaanderen en België is nog lager (respectievelijk 7,7% en 7,4%). De Scandinavische landen scoren het best binnen de Europese Unie. In Zweden nam 28,6% van de bevolking tussen 25 en 64 jaar deel aan een opleiding of vorming. Het verschil is groot met de slechtste leerling van de Europese klas: Roemenië (1,0%).

Voor meer gedetailleerde sociaaleconomische cijfers voor Limburg kan je steeds contact opnemen met de kenniscel op 011 300 100 of info@pomlimburg.be.

Publicatiedatum: 23 december 2021

 


[1] Met een opleiding of vorming bedoelen we hier zowel erkende opleidingen door het ministerie van onderwijs als niet erkende opleidingen die georganiseerd worden op een gestructureerde basis.

Dit kan je ook interessant vinden

© POM Limburg 2024
POM Limburg voert het sociaaleconomisch beleid van de provincie Limburg uit.
limburg

Wij maken gebruik van cookies of gelijkaardige technologieën (bv. pixels of sociale media plug-ins) om o.a. uw gebruikservaring op onze website zo optimaal mogelijk te maken. Daarnaast wensen wij analyserende en marketing cookies te gebruiken om uw websitebezoek persoonlijker te maken, gerichte advertenties naar u te verzenden en om ons meer inzicht te geven in uw gebruik van onze website.

Gaat u ermee akkoord dat we cookies gebruiken voor een optimale websitebeleving, opdat wij onze website kunnen verbeteren en om u te kunnen verrassen met advertenties? Bevestig dan met "OK".

Wenst u daarentegen specifieke voorkeuren in te stellen voor verschillende soorten cookies? Dat kan via onze cookie policy. Wenst u meer uitleg over ons gebruik van cookies of hoe u cookies kan verwijderen? Lees dan onze cookie policy.