Cijfer in de kijker

Vorig jaar dreigde armoede voor 13,4% van de Limburgers

Volgens cijfers van Statbel blijkt dat in 2021 13,4% van de Limburgers het risico liep om in armoede te leven of sociaal uitgesloten te worden. Dat komt overeen met ongeveer 118.000 Limburgers. Gemiddeld in Vlaanderen lag dit aandeel net iets lager (12,4%). In vergelijking met de andere Vlaamse provincies lag het risico op armoede en sociale uitsluiting enkel hoger in de provincie Antwerpen (15,8%). In West-Vlaanderen was het risico het laagst (9,6%).

In vergelijking met de provincies aan de overkant van de taalgrens, deed Limburg het wel een stuk beter. In alle Waalse provincies dreigde meer dan 1 op 5 van alle inwoners terecht te komen in armoede. De provincie Henegouwen spande de kroon: 29,1% van de bevolking had een verhoogd risico om in armoede te verzeilen of sociaal uitgesloten te worden. Gemiddeld in Wallonië was dit 24,9%. In het Brussels Hoofdstedelijk gewest was het risico op armoede het grootst. Meer dan 1 op 3 inwoners (35,3%) riskeerde in armoede terecht te komen.

Nog even benadrukken dat het hier cijfers voor 2021 betreft. Door de aanhoudende stijging van de energieprijzen en de hogere kosten voor levensmiddelen is het aantal mensen met armoederisico dit jaar vermoedelijk enkel maar gestegen. Bovendien ging de armoededrempel, één van de criteria waarop armoede en sociale uitsluiting worden berekend, nauwelijks omhoog in 2021. Die armoededrempel wordt immers berekend o.b.v. de inkomens van 2020, die door COVID-19 nauwelijks waren gestegen. Ook dat zal door de automatische loonindexering dit jaar anders zijn, waardoor nog meer mensen in armoede dreigen terecht te komen.

 

8,3% van de Limburgers woonde in een huishouden met een lage werk intensiteit

Eén van de criteria waarmee Statbel het risico op armoede voorspelt is het aandeel inwoners in huishoudens met een lage werkintensiteit. Dit is een huishouden waarin de 18 tot 64 jarige leden gezamenlijk minder dan 20% van hun totale potentieel hebben gewerkt. Meer dan 8 op 100 Limburgers (8,3%) woonde in 2021 in dergelijk huishouden. Gemiddeld in Vlaanderen was dit iets lager (6,8%). In Vlaams-Brabant lag het aandeel personen in een huishouden met een lage werkintensiteit het laagst (4,8%). Opmerkelijk is dat er de laatste jaren een neerwaartse trend werd genoteerd in alle Vlaamse provincies behalve in Limburg, waar het aandeel stabiel bleef.

Naast lage werkintensiteit voorspelt Statbel het risico op armoede ook aan de hand van sociale en materiële achterstelling en monetaire armoede. Inwoners die geconfronteerd worden met ernstige sociale en materiële achterstelling zijn burgers die niet het financiële vermogen hebben om bepaalde activiteiten te doen of items aan te kopen die door anderen als normaal worden beschouwd. Burgers die een inkomen hebben dat lager ligt dan de armoededrempel, hebben een risico op monetaire armoede. Voor deze twee criteria voor armoederisico liggen de Limburgse resultaten meer in lijn met die van het Vlaamse gemiddelde.

Werk als buffer tegen armoede

Eerder onderzoek, door bv. Federaal Planbureau, duidde al op een negatieve correlatie tussen werkzaamheid en het armoederisico, zij het in beperkte mate. [1] Werk kan dus worden beschouwd als een buffer tegen armoede, al spelen zeker ook nog andere factoren.

Die samenhang blijkt ook wanneer de cijfers van 2021 voor het armoederisico worden afgezet ten opzichte van de werkzaamheidsgraad in elk van de Vlaamse provincies. Armoede en sociale uitsluiting dreigen doorgaans minder voor inwoners in provincies met een hogere werkzaamheidsgraad. Zo combineren West- en Oost-Vlaanderen een relatief hoge werkzaamheidsgraad (respectievelijk 77,0% en 79,2%) met een lager dan gemiddeld armoederisico.

Voor de provincies Antwerpen en Limburg geldt het omgekeerde. De lagere werkzaamheidsgraden in beide provincies (respectievelijk 72,7% en 73,0%) gaan samen met een hoger risico op armoede en sociale uitsluiting. Limburg doet het wel nog beter dan Antwerpen, zeker wat betreft het armoederisico.

Vlaams-Brabant is de vreemde eend in de bijt. Hoewel de werkzaamheidsgraad (74,3%) er lager ligt dan het Vlaams gemiddelde (75,3%), is ook het armoederisico onder de bevolking er relatief laag.

Werk is een belangrijke hefboom in de strijd tegen armoede en sociale uitsluiting. Meer mensen aan het werk zorgt voor minder huishoudens met een lage werkintensiteit, minder inwoners onder de armoededrempel en minder sociaal en materieel achtergestelde burgers. Ook voor het armoederisico is het opkrikken van de werkzaamheidsgraad dus van groot belang. Limburg kan en moet hierin zeker nog stappen zetten.

 

Voor meer gedetailleerde sociaaleconomische cijfers voor Limburg kan je steeds contact opnemen met de kenniscel op 011 300 100 of info@pomlimburg.be.

Publicatiedatum: 27 oktober 2022

 


[1] Federaal Planbureau: De evolutie van het armoederisico in België bij de bevolking beneden 60 jaar (2021), via: https://www.plan.be/uploaded/documents/202106040857580.WP_2106_12396.pdf

Dit kan je ook interessant vinden

© POM Limburg 2024
POM Limburg voert het sociaaleconomisch beleid van de provincie Limburg uit.
limburg

Wij maken gebruik van cookies of gelijkaardige technologieën (bv. pixels of sociale media plug-ins) om o.a. uw gebruikservaring op onze website zo optimaal mogelijk te maken. Daarnaast wensen wij analyserende en marketing cookies te gebruiken om uw websitebezoek persoonlijker te maken, gerichte advertenties naar u te verzenden en om ons meer inzicht te geven in uw gebruik van onze website.

Gaat u ermee akkoord dat we cookies gebruiken voor een optimale websitebeleving, opdat wij onze website kunnen verbeteren en om u te kunnen verrassen met advertenties? Bevestig dan met "OK".

Wenst u daarentegen specifieke voorkeuren in te stellen voor verschillende soorten cookies? Dat kan via onze cookie policy. Wenst u meer uitleg over ons gebruik van cookies of hoe u cookies kan verwijderen? Lees dan onze cookie policy.