Blijf op de hoogte van het nieuws
Waarom de koffieautomaat in de hal wordt vervangen door een cocktailshaker uit Lissabon
In 1995 berichtte de krant De Tijd nog over ‘de wazige toekomst van het telewerken’. Na de ronkende voorspellingen van de jaren zeventig blijkt de realiteit volgens De Tijd medio jaren zegentig lelijk tegen te vallen. Een kleine dertig jaar en een coronavirus later lijkt telewerken helemaal ingeburgerd. Of valt de realiteit ook nu weer tegen?
Wij ‘zoomden’ alvast met Guy Van Neck (41), oprichter van MobieTrain, de Genkse start-up in innovatieve en mobiele opleidingen, en Herman Verwimp (58), sinds 2003 marketing- en HR-directeur bij bouwbedrijf Mathieu Gijbels in Oudsbergen, om te vragen hoe hun bedrijf vandaag met telewerk omgaat.
GUY: “We zitten met MobieTrain momenteel in volle expansie. Met een kapitaalinjectie van zo’n 4 miljoen euro van mei 2021 dankzij de Belgisch-Britse durfkapitalist Force Over Mass Capital groeit MobieTrain fors door, en breidde het uit van 22 naar 50 medewerkers. Zo opent MobieTrain straks een kantoor in Milaan naast de bestaande kantoren in Genk, Madrid en Lissabon. Maar het merendeel van die medewerkers werkt hoofdzakelijk van thuis. Bijna allemaal. De meesten zijn hooguit nog één tot twee dagen op kantoor te vinden. Op die dagen proberen we dan wel zo veel als mogelijk vergaderingen in te lassen waar we elkaar zien. Nu, we moeten wel opletten om niet te veralgemenen. Wij zijn een jong en dynamisch techbedrijf. Ik kan mij voorstellen dat dit voor een maakbedrijf moeilijker ligt.”
HERMAN: “Tot maart 2020 hadden we bij ons geen telewerkpolicy. We hanteerden tot die datum de ‘flexibiliteit van het gezond verstand’. Als iemand thuis wou werken, dan kon dat. Maar er was geen eenduidig gevoel over en dus pakte elke dienst dat op een andere manier aan.”
‘Het coronavirus in 2020 veranderde alles. Plots moesten onze 140 bedienden verplicht thuiswerken. Dan moet je als management nadenken hoe je hier mee omgaat.’
Herman Verwimp, Marketing- en HR-directeur Mathieu Gijbels
Maar toen kwam het coronavirus…
HERMAN: “Juist ja, het coronavirus in 2020 veranderde alles. Plots moesten onze 140 bedienden verplicht thuiswerken. Dan moet je als management nadenken hoe je hier mee omgaat. We besloten vertrouwen te geven, om vertrouwen terug te krijgen. ‘Organiseer het zelf maar tussen maandagochtend en zondagavond’, vertelden we onze medewerkers. En dat werkte! We kregen snel in de mot dat het goed zat. Totdat de verplichting verviel. Toen moesten we met een telewerk-policy op de proppen komen. We draaiden het om. ‘Verschijn drie keer per week op kantoor’. Maar een maand later werd telewerk opnieuw verplicht tot begin januari 2022. En nu zagen we dat we ook met die drie kantoordagen per week niet meer goed zaten. Mensen vroegen om tal van redenen uitzonderingen aan om toch thuis te kunnen werken. Dus gaan we opnieuw alles herdenken om het optimale klimaat aan onze werknemers te kunnen bieden.”
De files tijdens de spits, de vertragingen op het spoor, de rush om de kinderen tijdig op school te krijgen: telewerk bracht rust en tijd. Wat zijn volgens jullie de nadelen?
GUY: “Die nadelen zijn er wel zeker. Hoe behouden we onze bedrijfscultuur, nu onze medewerkers elkaar niet dagelijks meer aan het koffieapparaat tegenkomen? Als je niet oppast, kennen die elkaar niet buiten de mail om. Daarom organiseren we veel teambuildings. Denk maar aan cocktails shaken in Lissabon, pasta’s koken in Genk. De teambuilders van deze wereld hebben werk aan ons (lacht). Binnenkort houden we een work-event voor al onze medewerkers in Genk en ‘s avonds stappen we het vliegtuig op richting Italië om er plezier te gaan maken. Op die manier houden we de neuzen in dezelfde richting, en tegelijk wordt telewerken persoonlijker. Er schuilt nu immers een mens achter het mailadres.”
HERMAN: “Kijk, een digitale koffie was leuk, maar er gaat niets boven een echte. Creatieve teammeetings, de gesprekken aan de koffieautomaat. Ze zijn onontbeerlijk voor onze bedrijfscultuur. Daarbij, we zijn een zeer klantgericht bedrijf. Op het ogenblik dat de klant niet de aandacht krijgt die hij of zij verwacht, houdt het op. ‘Ik kan niet met de klant samenzitten, want ik ben aan het telewerken’, daar kan een klant geen begrip voor opbrengen. En wij ook niet. Dus een gedeeltelijk kantoorleven bij Gijbels blijft bestaan, al zal je er al wat meer pingpongtafels tegenkomen dan in 1969 (lacht).”