Cijfer in de kijker

1 op 4 Limburgers tussen 20 en 64 jaar is niet actief op de arbeidsmarkt

De bevolking op arbeidsleeftijd kan ingedeeld worden in 3 groepen: werkenden (zowel in loondienst als zelfstandigen), werklozen (actief op zoek naar werk) en niet-beroepsactieven (bv. huismannen en -vrouwen, langdurig zieken, studenten, (brug)gepensioneerden). De recente resultaten van de ‘Enquête naar Arbeidskrachten’ (EAK), in 2021 uitgevoerd door Statbel, tonen aan dat de grootste groep wordt gevormd door de werkenden. Van alle 20- tot 64-jarige Limburgers is 73,0% aan de slag in een loontrekkende of zelfstandige job. In Vlaanderen zijn dat er verhoudingsgewijs iets meer (75,3%). Ook de kleinste groep, de werklozen, is in Vlaanderen iets sterker vertegenwoordigd dan in Limburg (2,8% vs. 2,3%). Het grootste verschil situeert zich echter bij de niet-beroepsactieven. In Limburg is 1 op 4 inwoners op arbeidsleeftijd niet actief op de arbeidsmarkt (24,8%). Dat is beduidend meer dan gemiddeld in Vlaanderen (21,9%).

Bovendien is er een groot verschil tussen mannen en vrouwen. Van alle Limburgse vrouwen tussen 20 en 64 jaar is 29,0% niet-beroepsactief (Vlaanderen: 25,6%). Bij de Limburgse mannen bedraagt het aandeel van de niet-beroepsactieven 20,6% (Vlaanderen: 18,3%). Puur kwantitatief bekeken is er in Limburg dus zeker nog een groot (onbenut) arbeidspotentieel. Er zijn binnen deze groep ongetwijfeld nog heel wat talenten aan te boren die mee een oplossing kunnen bieden voor de huidige arbeidsmarktkrapte.

3 op 10 werkende Limburgers is deeltijds aan de slag

Maar ook binnen de groep werkenden is er nog deels onbenut arbeidspotentieel. Limburgers werken immers meer op deeltijdse basis dan gemiddeld in Vlaanderen. In totaal is bijna 3 op 10 Limburgse werknemers (29%) parttime actief. In Vlaanderen is dat 24%. Het hogere aandeel van de deeltijdse arbeid in Limburg t.o.v. Vlaanderen doet zich zowel bij de mannen als bij de vrouwen voor. 9 op 10 werkende mannen in Vlaanderen (90%) werkt voltijds, bij de Limburgse mannen is dat 86%. Bij de vrouwelijke werkenden is het verschil nog iets groter. In Limburg werkt 46% van hen parttime en in Vlaanderen is dat 40%. Hoewel heel wat werkenden er zelf voor kiezen om deeltijds te werken, blijkt uit eerder onderzoek van Steunpunt Werk in opdracht van POM Limburg (zie rapport arbeidspotentieel Limburg) dat dit zeker niet altijd het geval is. Een aantal deeltijds werkenden zou dan ook graag meer uren werken. Deze vorm van tijdsgerelateerde ondertewerkstelling is volgens datzelfde onderzoek in Limburg hoger dan gemiddeld in Vlaanderen. Een optimale benutting van het volume van de beschikbare tewerkstelling is een niet te onderschatten aandachtspunt in een efficiënte en krappe arbeidsmarkt.

 

Voor meer gedetailleerde sociaaleconomische cijfers voor Limburg kan je steeds contact opnemen met de kenniscel op 011 300 100 of info@pomlimburg.be.

Publicatiedatum: 1 juni 2022

Dit kan je ook interessant vinden

© POM Limburg 2024
POM Limburg voert het sociaaleconomisch beleid van de provincie Limburg uit.
limburg