Cijfer in de kijker

2% van het Limburgse bbp gaat naar onderzoek en ontwikkeling

Limburg onder Vlaams gemiddelde voor onderzoek en ontwikkeling

 

Onderzoek en ontwikkeling (O&O) vormen de motor van een kennisgedreven economie. Recent verschenen opnieuw provinciale cijfers over de bestedingen aan O&O, de zogenaamde GERD-indicator (Gross domestic Expenditure on R&D). Die data zijn een belangrijke indicator voor het wetenschaps- en innovatiebeleid in een regio en maken het mogelijk om verschillende regio’s met elkaar te vergelijken. De cijfers tonen aan dat Limburg een inhaalbeweging nodig heeft op het vlak van onderzoek en ontwikkeling.

Uit deze (voorlopige) cijfers van de federale overheidsdienst wetenschapsbeleid (Belspo) blijkt dat Limburgse bedrijven, overheden en kennisinstellingen in 2023 172 miljoen euro investeerden in onderzoek en ontwikkeling. Dit komt neer op 1,9% van het Limburgse bruto binnenlands product (BBP). Limburg bevindt zich daarmee op vlak van onderzoeks- en ontwikkelingsintensiteit in de middenmoot van de Belgische provincies, maar wel duidelijk onder het niveau van Vlaanderen (3,5%). In Waals-Brabant ligt de intensiteit veruit het hoogst: 9,3% van het Waals-Brabantse BBP werd in 2023 geïnvesteerd in onderzoek en ontwikkeling. De aanwezigheid van de universiteit in Louvain-La-Neuve en enkele vooraanstaande tech- en farmabedrijven in de provincie ligt aan de basis van dit hoge cijfer. De Vlaamse tegenhanger van die universiteit, de KULeuven zorgt er mede voor dat Vlaams-Brabant (4,9%) de op één na hoogste onderzoeks- en ontwikkelingsintensiteit kent van alle Belgische provincies. Daarna volgen Antwerpen (4,2%) en Oost-Vlaanderen (3,5%). Luxemburg sluit de rij met slechts 0,6%.

 

Europa stelt 3% als norm

Tussen 2018 en 2023 stegen de O&O-investeringen in Limburg van 446 miljoen naar 712 miljoen euro: een toename van bijna 60% in vijf jaar. Het Limburgse BBP ging er daarentegen maar met 28% op vooruit. In beide gevallen werden de groeicijfers ook wel mee aangedreven door de sterke inflatie. Dit maakt dat de O&O-intensiteit tussen 2018 en 2023 licht toenam: met 0,3 procentpunt. Ten opzichte van 2013 ging het over een groei van 0,6 procentpunt. In Vlaanderen was de groei in de laatste tien jaar sterker (+0,9 procentpunt), waardoor de kloof tussen Limburg en Vlaanderen iets groter werd. In 2013 bedroeg het verschil 1,3 procentpunt, in 2023 liep dat op tot 1,6 procentpunt. Een achterstand die vooral vanaf 2020 groter werd.

In 2000 spraken alle landen van de Europese Unie (EU) af om tegen 2020 minstens 3% van hun BBP te investeren in onderzoek en ontwikkeling. België en Vlaanderen halen die norm sinds 2019, maar binnen de EU blijven de meeste landen onder die grens. Ook Limburg zat in 2023 nog onder die 3%-drempel, al is er de laatste jaren wel een duidelijke groei. Het gemiddelde in de EU blijft daarentegen al een tijdje rond 2,2% hangen.

 

België (en Vlaanderen) koploper in Europa

Op Europees niveau (EU-27) behoren België en Vlaanderen samen met de Scandinavische landen, Oostenrijk en Duitsland tot de kopgroep. Enkel Zweden (3,6% van het BBP) investeert relatief meer in onderzoek en ontwikkeling dan België (3,3%). Vlaanderen zit met 3,5% zelfs nog iets boven het Belgische niveau. Nederland en Frankrijk zitten op het niveau van het Europees gemiddelde (2,2%). Landen in het zuiden en het oosten van de EU investeren over het algemeen minder in O&O. Roemenië, Malta, Cyprus en Bulgarije investeerden bijvoorbeeld minder dan 0,8% van hun BBP. Italië en Spanje investeerden respectievelijk 1,3% en 1,5%.

 

Onderzoek en ontwikkeling als belangrijke groeimotor voor de economie

De productiviteit van ondernemingen staat de laatste jaren stevig onder druk. Investeringen in onderzoek en ontwikkeling kunnen die trend doorbreken en een nieuwe groeidynamiek op gang brengen. Dankzij zulke investeringen kunnen bedrijven niet alleen groeien, maar zich ook sneller aanpassen aan een voortdurend veranderende marktcontext. Innovatie in producten, diensten en bedrijfsprocessen versterkt de concurrentiekracht, verhoogt de (kosten)efficiëntie en maakt ondernemingen wendbaarder om in te spelen op veranderende klantbehoeften en maatschappelijke uitdagingen. Limburg kan en moet hier zeker nog een tandje bijsteken. Onderzoek en ontwikkeling moet dan ook hoog op de agenda staan van de Limburgse bedrijven en kennisinstellingen. Logisch dus dat kennis en innovatie één van de vijf centrale thema‘s is in de 28 groeihefbomen die POM Limburg ontwikkelde om de productiviteit van de Limburgse economie te versterken.

Meer info over de groeihefbomen van POM Limburg: www.pomlimburg.be/groeihefbomen

 


Voor meer gedetailleerde sociaaleconomische cijfers voor Limburg kan je steeds contact opnemen met het team Kennis & Data op 011 300 100 of info@pomlimburg.be.

Publicatiedatum: 1 oktober 2025

 

Dit kan je ook interessant vinden

© POM Limburg 2025
POM Limburg voert het sociaaleconomisch beleid van de provincie Limburg uit.
limburg POM Limburg